Aan het begin van onze reis wilden we een ontmoeting organiseren met alle familieleden die in Turkije zijn. Het idee was om dat te doen tijdens het offerfeest bij Dima’s oudste broer Tariq, die in de stad Bursa woont. Bursa ligt aan de andere kant van de Zee van Marmara en is vanuit Istanbul gemakkelijk te bereiken met de boot. Dima’s broer Nabil die in het zuiden van Turkije woont zou aanzienlijk meer moeite moeten doen: vanuit zijn woonplaats is het een busreis van 17 uur. We bellen hem aan het begin van ons verblijf in Istanbul met dit voorstel en horen dan dat er een veel grotere complicatie is: Syriërs in Turkije mogen niet vrij reizen. Zij moeten toestemming vragen bij de Turkse autoriteiten voor een reis buiten hun woonplaats en in de regel wordt die alleen toegekend bij een overlijden. Enkele dagen later laat Nabil weten dat hij inderdaad geen toestemming krijgt. Om precies dezelfde reden zal ook Farida en andere familie in Istanbul niet naar Bursa kunnen reizen. Er zit dus niets anders op: Dima en ik reizen met zijn tweeën naar Bursa. De concessie die we aan de achterblijvers doen is dat we een week eerder gaan en met het offerfeest in Istanbul zijn.
REISVERBOD EN ANDERE RESTRICTIES
Wat de situatie van Syriërs in Turkije sterk compliceert is dat zij geen vluchtelingenstatus hebben. De Turkse overheid heeft hen een collectieve status gegeven van ‘tijdelijke gasten’. Dat betekent dat zij geen aanspraak kunnen maken op voorzieningen die op langere termijn bijdragen aan het opbouwen van een nieuw leven in Turkije. Zij krijgen een ID-kaart – de ‘kimlik’ – die ‘tijdelijke bescherming’ biedt, een tijdelijke geldigheidsduur heeft en dus regelmatig verlengd moet worden, en die gekoppeld is aan de plaats waar zij na aankomst zijn geregistreerd. Sinds de EU-Turkije deal van 2016 is de toegang tot onderwijs en medische zorg voor Syriërs in Turkije wel wat verbeterd, maar hun rechtspositie is heel kwetsbaar gebleven. Dat wordt steeds duidelijker nu veel Turken de buik vol hebben van het grote aantal Syriërs in het land. Er is geen land dat meer Syriërs herbergt dat Turkije en naarmate hun verblijf in Turkije langer duurt, leidt het in toenemende mate tot spanningen. Syriërs worden steeds vaker geconfronteerd met geweld en intimidatie. Dat komt niet in de laatste plaats door de grote economische problemen en krapte op de woningmarkt. Omdat het voor Syriërs vrijwel onmogelijk is om een werkvergunning te krijgen, zijn zij vaak aangewezen op impopulair en zwaar werk en werken zij voor lagere lonen dan Turken. Nu de werkloosheid onder Turken zo is toegenomen, voelt dit voor Turkse werkzoekenden als oneerlijke concurrentie. Daar komt bij dat veel Syriërs – ondanks een registratie elders in Turkije – vanwege de grotere kansen op werk naar steden als Istanbul en Ankara getrokken, wat de relaties in deze steden extra onder druk zet. Met de verkiezingen in 2023 in het vooruitzicht lijkt de Turkse regering aan de onvrede gehoor te geven met steeds strengere regels voor Syriërs en tegelijk door al aanwezige regels aan te scherpen en strikt te gaan handhaven. En zo is het nu verboden om de gemeente te verlaten waar je staat geregistreerd. Dat geldt dus niet alleen voor mensen die elders willen werken, maar ook voor familiebezoek. Als je wil reizen moet je formele toestemming krijgen van de lokale overheid, en die toestemming wordt vrijwel alleen gegeven in geval van overlijden van directe familie. Overtreding van de regels betekent uitzetting naar Syrië.
BURSA
Vanuit Istanbul is het een boottocht van ongeveer twee uur naar Mudanya, een plaats aan de Zee van Marmara dichtbij Bursa. Bij aankomst met de boot duurt het even voor ik in de oude man die ons opwacht trekken herken van de knappe zachtaardige dertiger die oudste broer Tariq ooit was. Maar zijn stem en lach herken ik meteen. Hij is heel blij om zijn zus te zien en in de armen te kunnen sluiten. Hij houdt een taxi voor ons aan en meteen begint het uitwisselen: hij vraagt naar de familie in Nederland en Dima wil alles horen over zijn kinderen en vrouw Lina.
Tariq vertelt dat het leven in Bursa moeilijk is; heel anders dan zij gewend waren in Aleppo. Maar Bursa is wel een heel mooie stad en in zijn ogen beter om te wonen dan Istanbul. In Bursa is het leven rustiger, de lucht is schoner, en het is aanzienlijk goedkoper dan Istanbul. Vooral dat laatste is erg belangrijk. Vanwege Tariq’s leeftijd en zijn gezondheid werkt hij niet meer; beschikbaar werk is te zwaar voor hem. Hij moet het hebben van de inkomsten van zijn zoons en schoonzoon. Ze zijn in Bursa terechtgekomen doordat zijn dochter Darin en jongste zoon Adnan daar woonden. Zij waren samen als eersten van het gezin de grens met Turkije overgegaan en kwamen terecht bij een vriendin van Darin in Bursa. Zij besloten zich daar te registreren. Ze vonden het mooi, zagen dat het goedkoper was dan Istanbul en dachten er gemakkelijker werk te kunnen vinden. Vervolgens kwam hun moeder Lina bij hen wonen, nadat ze met een zus de grens over was gevlucht. Daarna kwam Tariq, die met Dima en haar jongste dochter de Syrisch-Turkse grens over was gevlucht. Ten slotte voegde ook de oudste zoon Ammar zich bij hen, die in Dubai werkte maar daar niet kon blijven. Zo waren ze als gezin dus na lange tijd weer samen.
ARMOEDE
Bij aankomst in Bursa blijkt de taxirit duurder dan Tariq had verwacht. Ik merk dat hij zijn geld zit te tellen. Dima vertelt mij later dat hij niet genoeg geld had. Zij heeft heel onopvallend de rit betaald en hem meteen wat geld toegeschoven. Ze kent de situatie van haar broer. Hij is arm en kan alle hulp gebruiken, maar tegelijk is hij haar oudste broer en weet ze dat het pijnlijk voor hem is om geld van haar aan te nemen.
Tariq woont samen met zijn vrouw Lina en zijn twee volwassen zoons in een driekamerwoning op de tweede verdieping van een klein wooncomplex. Het is een rustige straat in een woonbuurt vlakbij de grote toeristische attractie van Bursa: de teleferik, een kabelbaan van negen kilometer – de langste ter wereld – die de mogelijkheid biedt om met tussenstops in lager gelegen bergen naar de hoogste berg in de omgeving van Bursa te gaan, de Uludağ. De baan schijnt een fantastisch uitzicht te bieden over Bursa en omgeving. Tariq spreekt er vol trots over en vertelt dat zijn dochter Darin enkele jaren gewerkt heeft bij het eindpunt. Ze ging dan met de kabelbaan omhoog naar haar werkplek. Hij is er zelf ook meerdere keren geweest en ook Dima is er geweest. Inmiddels werkt Darin daar niet meer. Zij is anderhalf jaar geleden getrouwd met een man uit Libanon, die vanwege de slechte werkgelegenheid in Libanon naar Turkije was gekomen om te werken. Tot haar huwelijk woonde Darin bij haar ouders en broers in huis.
ALS VROEGER
Terwijl we de trap oplopen komen ons heerlijke etensgeuren tegemoet en Dima roept verrukt uit: “Ik ruik het huis van mijn familie!” Binnen treffen we Lina en Darin die al sinds gisteren aan het koken zijn: verschillende varianten van de culinaire specialiteit ‘kibbeh’ wachten ons op met prachtige salades. Ook jongste zoon Adnan is er. Anders dan Tariq is Lina nauwelijks veranderd en oogt zij jonger dan ze inmiddels moet zijn. Darin was een heel jong meisje toen ik haar voor het laatst zag, maar ik herken haar aan haar felle bruine amandelvormige ogen en mooie dikke haar. Haar broer Adnan is 28 en heb ik alleen een keer als baby gezien. Hij omhelst zijn tante en begroet mij verlegen. Hij werkt bij een bedrijf dat huishoudelijke apparaten onderhoudt, maar vandaag heeft hij vrij. Zijn oudste broer Ammar heb ik als klein jongetje meegemaakt. Darin vertelt me dat hij kapper is en pas vanavond rond 22.30 thuis komt. Door het offerfeest volgende week heeft hij het nu extra druk: iedereen wil er dan mooi uitzien.
Dima informeert naar Ammar. Hij is inmiddels 36. Zijn ouders vertellen dat hij wil trouwen. Hij heeft drie jaar geleden via een dating app een Palestijns meisje uit Gaza ontmoet. Ze spreken elkaar regelmatig online en willen trouwen, maar dat kan niet. Zij kan Gaza niet uit en kan geen visum voor Turkije krijgen. Omgekeerd wordt hij niet toegelaten tot Israël. Ook kan hij niet terug naar Turkije wanneer hij het land uit zou gaan. Een meisje vinden in Bursa is volgens Tariq onmogelijk. Ze kennen wel wat Palestijns-Syrische gezinnen in Bursa met dochters maar die vragen een dermate hoge bruidsprijs (mahr) voor hun dochters dat dit onbereikbaar is voor de zoons van Tariq en Lina. Het is handel, zegt Tariq.
We kijken wat oude foto’s uit Aleppo. Een deel daarvan is ooit door mij gemaakt, een ander deel ken ik niet. We halen herinneringen op aan hoe het was. Het is gezellig en vertrouwd. Begin van de avond zitten Dima, Darin, Lina en ik op het balkon als er beneden een pick-up volgeladen met watermeloenen langs rijdt. Lina en Tariq komen in fracties van seconden overeen dat er meloen moet komen. Lina roept naar beneden en de auto stopt. Even later staan Tariq en Adnan beneden en zoeken twee mooie meloenen uit. Tot het donker wordt zitten we op het balkon, eten meloen, drinken thee, knabbelen bizr (ongepelde zonnebloempitten), en praten. Het voelt bijna als vroeger in Aleppo.
ZONDAGMARKT
De volgende ochtend wil Dima naar Darin om haar huis te bekijken. Darin heeft ons uitgenodigd voor de lunch en van haar uit kunnen we eind van de middag naar de boot om weer terug naar Istanbul te gaan. Ik wil graag nog iets van Bursa zien en ga met Tariq mee naar de zondagmarkt in het centrum van de stad. Daar gaat hij iedere week heen omdat groenten en fruit daar goedkoper zijn dan in de winkels in zijn buurt. We lopen met zijn allen naar de bushalte, waar Tariq en ik een andere bus nemen dan de anderen. Volgens Tariq wordt het pas begin van de middag wat drukker op de markt en zijn er dan ook meer kramen open. Er is genoeg tijd om mij de oude stad te laten zien. Hij laat me de oude karavanserai (Koza Han) zien. Nu zitten er winkels in de oude kamers aan de zuilengalerijen. De binnenplaats is een groot terras geworden. Het staat vol rode parasols en tafels en stoelen die vrijwel allemaal bezet zijn. We kijken er vanaf de galerij op de eerste verdieping op neer. We lopen door en Tariq wijst naar een grote oude moskee: dat is de grote moskee, zegt hij, de Ulu Cami. Hij dringt erop aan dat we naar binnengaan en ik ben blij dat ik me door hem heb laten overhalen om, ondanks de temperaturen, toch dat warme gewaad van kunststof aan te trekken dat ik bij de entree krijg aangeboden. De schoonheid van deze moskee komt veel meer bij mij binnen dan de wereldberoemde moskeeën die ik intussen in Istanbul heb bezocht. Niet de pracht en praal van de Aya Sofia maar een bijna ‘strakke’, sobere schoonheid, waardoor de schitterende Arabische kalligrafieën alle aandacht naar zich toetrekken.
Na deze twee toeristische uitstapjes is het tijd voor de markt. Hier wordt Tariq’s armoede me goed duidelijk. Met een zorgelijk gezicht vergelijkt hij overal de prijzen. De gevraagde 10 lira voor een kilo komkommers vond hij te veel. Een stukje verderop liggen ze voor 8 lira, en dat vindt hij nog steeds te veel: als we nog iets verder lopen zie je ze eerst voor 7 lira en daarna voor 6 lira liggen, zegt hij, je zult het zien Ada! Hoe verder van het centrum, hoe goedkoper het wordt, maar sommige groenten komen we niet meer tegen. Uiteindelijk gaan we met een schaars gevuld tasje richting Darin.
Foto: Koza Han karavanserai in Bursa, ©Ada Ruis
* Bronnen, o.a.:
https://english.enabbaladi.net/archives/2022/04/syrians-in-turkey-are-lost-in-documents-whirlpool
Leuk als je reageert! Ik lees alles en reageer wanneer de inhoud daar om vraagt.